Leestijd: 12 minuten.
Het leven van Jezus Christus wordt tot op de dag van vandaag door veel mensen beleefd als een grote inspiratiebron voor compassie. Vooral rondom Pasen, het belangrijkste christelijke feest waarbij wordt gevierd dat Jezus is opgestaan uit de dood, wordt er stil gestaan in allerlei diensten en vieringen dat we de ander - de vreemdeling - moeten mededogen, erbarmen of vergeven. Dit is trouwens niet uniek voor Jezus. Ook Boeddha, Confucius en Mohammed begrepen dit al.
Compassie wordt ook wel vaak gezien als een deel van liefde. 'Jezus is Liefde,' werd er regelmatig gezegd in de kerk waar ik als kind kwam. Dit en een aantal katholieke rituelen is wel zo'n beetje het belangrijkste wat is blijven hangen uit die tijd bij mij. Ik kan niet van mezelf zeggen dat ik nu een bepaalde religieuze leer volg.
Dat anderen dat wel doen daar heb ik respect voor. Ik vind het alleen jammer, soms pijnlijk, en ook erg kortzichtig, als je religieuze geschriften gaat gebruiken om je eigen handelen ermee te verantwoorden. Zeker als je met die handeling de ander pijn doet. Bijvoorbeeld door het plegen van een aanslag.
Waar is dan je compassie? Bestaat het wel compassie binnenin een religie? Wat zeggen de wereldreligies over compassie? Is religie niet gewoonweg door ons gekaapt? Misbruiken we het? Is religie gewelddadig? En is onze huidige beleving van religie wel opgewassen tegen deze tijd? Met de uitspraak van mijn vader, 'God heeft het allemaal goed bedoeld, alleen het volk maakt er een puinhoop van' in mijn achterhoofd, ben ik opzoek gegaan naar antwoorden.
Waarom lijkt het, en als ik er met mensen op straat over praat dan wordt het ook met grote stelligheid beweerd, dat alle oorlogen uit de geschiedenis te wijten zijn aan religie.
Het klopt gewoonweg niet.
Alle belangrijke wereldtradities, inclusief de drie monotheïstische godsdiensten; jodendom, christendom en islam, hebben hun eigen versie ontwikkeld van de gouden regel: “Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet”.
Was religie wel het motief van de aanslagen in New York, Londen en Madrid? Aanslagen gebeuren vaak wel onder het mom van religie. Maar ze gaan lijnrecht in tegen de principes van alle godsdiensten, inclusief de islam. Terreur wordt gemotiveerd door politieke overwegingen. Moslimextremisme komt voort uit woede. De kern van fundamentalisme is de angst voor de ander.
De IRA gebruikte het katholicisme als motivatie. Terwijl er niets katholieks was aan hun terrorisme. We hebben het ook nooit ‘katholiek terrorisme’ genoemd. Het was politiek. En we moeten het dus ook niet over islamterrorisme hebben. Als de islam in essentie gewelddadig was dan zou dat terug te zien zijn in de geschiedenis. Toegegeven: Mohammed vocht, maar dat was om zijn geloofsgemeenschap te verdedigen. Verdediging is de enige vorm van geweld die de Koran toestaat. Soms moet er worden gevochten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vochten wij tegen Hitler. En iedereen misdraagt zich in een oorlog. Mohammed zag dat en stopte daarom uiteindelijk de oorlogvoering. Maar dat wil het Westen vandaag de dag niet zien omdat het goed uitkomt om hem als oorlogszuchtige strijder af te schilderen.
We denken dat we tegenwoordig zeer beschaafd zijn. Maar we hebben dankzij onze nieuwe technologie meer gemoord dan ooit. Hitler's optredens waren doorspekt met religieuze trekken. Dat uit het antisemitisme de opvatting voortvloeide dat het uitroeien van de joden moest worden gezien als een heilige daad, maakt van de Holocaust nog geen explosie van religieuze barbarij. Eerder was het een in wezen modern fenomeen. Een ramp die gebruik maakte van alles wat de moderne tijd te bieden had: Het spoor, de chemische industrie en wetenschappelijk onderzoek. En het racisme van de nazi’s was modern, zogenaamd wetenschappelijk racisme. Daarvan kun je dus religie niet de schuld geven, we moeten daar mee ophouden, met verbanden te leggen die er niet zijn.
Is dit dan de reden waarom het nieuwe atheïsme zo’n grote populariteit kent? Mensen als Richard Dawkins, Christopher Hitchens, en Sam Harris en hun volgelingen. Zelf zijn ze niet bijster interessant, maar het is interessant dat zoveel mensen er iets in zien. Want het gebrek aan belangstelling voor het heilige is op zo’n grote schaal nog nooit eerder voorgekomen. Het is interessant om te kijken in wat voor historisch perspectief deze mensen staan.
In de moderne tijd is er in het Westen een bepaalde theologie gecreëerd die grotendeels op wetenschappelijke redenen is gebaseerd. Wetenschappers als Isaac Newton en Rene Descartes schreven ook over theologie. Niet erg goed, trouwens. Maar het gevolg daarvan was dat deze rationalistische vorm van religie, die uitgaat van conceptueel denken en logica, enorm populair werd. God hoort niet wetenschappelijk beredeneerd te worden. God is een kunstvorm, en kunst benader je met verbeelding en intuïtie en niet met wetenschap en logica.
Hoe komt het dan dat intelligente mensen vaak niets van religie weten? Omdat je erin moet groeien, in religie. Vaak zijn mensen bang van de grondbeginselen van religie. In onze vroegste jeugd, als we voor het eerst horen over de kerstman, horen we ook voor het eerst iets over God. Hoe we over de kerstman denken, verandert met de jaren, maar onze ideeën over God blijven vaak kinderlijk. Ze worden ook niet bijgesteld door religieuze leiders. Tot in de moderne tijd zeiden de theologen dat er niets over God te weten viel. God was niet eens een persoonlijkheid. En dat heb je toch nodig als handvat om zinnig over God te kunnen denken. Dus je moest het hogerop zoeken.
Religie en ‘geloven’ staan los van elkaar. Het aannemen van bepaalde ideeën over God is eigenlijk nog best nieuw. En het bestaat vooral in het Westen. Het vindt zijn oorsprong in de 18de eeuw, met de Verlichting. Het woord ‘geloven’ betekende oorspronkelijk ‘beminnen’. En ‘credo’, ‘ik geloof’, betekent eigenlijk ‘ik geef mijn hart’, ik verbind me ergens mee. Het christendom is de enige godsdienst die zoveel nadruk legt op ‘geloven’. Het jodendom bijvoorbeeld kent dat niet. En de Koran houdt zich verre van theologische orthodoxie. De Koran noemt dat ‘zanna’, genotzuchtig giswerk. Over zaken waarover geen enkele zekerheid bestaat. Religie heeft te maken met ‘doen’. Met het verrichten van bepaalde handelingen en het aanleren van bepaald gedrag, waardoor je wezenlijk verandert. Daardoor ontstijg je aan je egoïsme en kom je in aanraking met het goddelijke. En het grondbeginsel daarvan is compassie.
Je kunt een religieuze doctrine pas begrijpen door hem in praktijk te brengen. Boeddha zei: Neem nooit iets zomaar aan. Niemand kan jou iets wijsmaken. En Jezus heeft nooit iemand gevraagd om doctrines te aanvaarden zoals de drie-eenheid of de incarnatie. Hij zei: Verander je gedrag, open je hart voor je medemens. Dan ervaar je het goddelijke, door iets te doen.
Compassie betekent meevoelen met de ander. Jezelf in de ander verplaatsen, dat is de gouden regel.
Bedenken wat jou pijn doet, en het daarom een ander niet aandoen. Zo bevrijd je je van je ego. Mensen hebben door vallen en opstaan geleerd, dat je op die manier een godservaring beleeft. En niet via een fantasietje in je eigen hoofd dat je verteld dat God je roept om dit of dat te doen. Zo maak je God tot een deel van jezelf. Tot een idool. Compassie is jezelf weggeven, want dan zijn we het meest onszelf. Alle religies plaatsen de gouden regel in het middelpunt van hun leer. Het lijkt alsof we dat vergeten zijn. We hechten meer waarde aan ‘geloven’. Aan de juiste theologische benadering, de juiste seksuele voorkeur, etc. En dat is een soort rookgordijn, want compassie hebben valt niet mee. Kan je het leren? Ja. Hoe, Jezus laat het je zien; zoek geen vergelding. Als iemand je een klap in je gezicht geeft, sla dan niet terug. Maar keer hem je andere wang toe. Veroordeel de ander niet, zei Jezus. Het is een kwestie van doen. Zoals Confucius zei: Dag na dag, uur na uur. En de religie geeft je handvaten om je daarbij te helpen. Compassie hebben is heel moeilijk, daarom wil niemand het. Iedereen wil liever gelijk hebben, dat is veel vleiender. We falen aldoor in onze pogingen compassie te hebben. Maar toch moeten we het steeds opnieuw blijven proberen. Compassie vind je niet binnenin je eigen groep, gemeenschap of natie. Compassie zit in het liefhebben van de vijand, de vreemde. Compassie is de enige manier om in contact te komen met wat we noemen God. Boeddha zegt dat alleen via compassie je in het nirwana kan komen.
De grote namen van de wereldreligies: Boeddha, Confucius, Jezus, Mohammed, begrepen dat alleen compassie ons ervan weerhield om elkaar in de pan te hakken.
Kijk om je heen, we leven met zijn allen in één wereld. En als er vandaag iets ergs gebeurt in Afghanistan of Irak dan kun je morgen repercussies in New York of Londen verwachten. We hebben de gouden regel nu broodnodig voor onze veiligheid en overleving.
Mijn stelling: “We moeten andere mensen en andere volkeren, hoe ver weg ook, behandelen alsof ze net zo belangrijk zijn als wijzelf.”
Anders redden we het gewoon niet. Want steeds kleinere groepjes mensen krijgen de vernietigingskracht die vroeger alleen aan staten was voorbehouden.
Voor godsdienstige mensen is dit wellicht een uitspraak tegen het zere been. Ze willen helemaal geen compassie hebben. Wat heb je eraan om godsdienstig te zijn als je er niet mee te koop kunt lopen? Je hebt toch gelijk en de ander niet? Nee, dan is de lol eraf. Ik denk zelfs dat sommige christenen razend zouden zijn als blijkt dat ook anderen in de hemel komen. Hemel zou de hemel niet zijn als je niet over het hemelrandje heen, anderen beneden je kon zien branden.
We moeten de vreemdeling leren waarderen. In het Hebreeuws is het woord voor heilig ‘kadosh’. Daarmee wordt God aangeduid. Als Jesaja God in de tempel ziet, zegt hij: “Kadosh, kadosh, kadosh”. De engelen roepen ‘kadosh’. En het woord kadosh betekent ook ‘apart, anders’. Als we dus in ons eigen leven merken dat de vreemdeling vrees of afkeer oproept zien we dat verband tussen ‘anders’-zijn, dat naar God verwijst. Als we uit onze vertrouwde kring van gelijkgestemden treden en oog in oog met de vreemdeling staan, dan volgt het begrip vanzelf.
Er is een Bijbelverhaal, Genesis hoofdstuk 18; Abraham zit voor zijn tent en ziet aan de horizon drie vreemdelingen komen. En in het Midden-Oosten van destijds werden vreemdelingen gevaarlijk geacht. Ze waren niet gebonden aan de plaatselijke wetten, ze konden je doden. Ook nu nog zijn er niet veel mensen die zomaar drie vreemdelingen in huis halen. Maar Abraham snelt ze tegemoet, in de verzengende middaghitte. En hij buigt voor hen als waren zij koningen. Dan brengt hij ze naar zijn kampement. Hij zet het beste voedsel voor aan mensen die hij absoluut niet kent. Wat Abraham nog niet wist was dat het engelen waren, boodschappers van God. Het zijn de symbolische bemiddelaars tussen de onzegbare God en de glimpen die wij van Hem opvangen. En die bereiken ons alleen via ons contact met vreemdelingen.
In de Griekse mythologie kon Achilles de dood van zijn beste vriend en neef Patroklos niet langer verdragen. Zwaar aangegrepen en vastberaden besluit Achilles wraak te nemen op de man die zijn beste vriend heeft vermoord, Hector, zoon van de Trojaanse heerser Priamos. In een man tot man gevecht dood Achilles Hector, dit voor de ogen van diens vader Priamos en vrouw Andromache. Om het Trojaanse kamp nog extra te pesten bindt Achilles het levenloze lichaam van Hector vast achter zijn paardenwagen en sleept hem zo mee naar zijn eigen kampement, wetende dat de heersers van Troje geen rust zullen hebben zolang hun geliefde gevallende niet teruggekeerd is. ‘s-Avonds verschijnt er een man in de tent van Achilles, de man knielt neer voor Achilles en kust hem zijn beide handen. Achilles vraagt: “Wie ben je?”. De man antwoord: “Ik heb zonet de handen gekust van de man die mijn zoon heeft vermoord, geef me mijn zoon terug”. Achilles is overrompeld door de moedigheid van Priamos en het doet Achilles denken aan zijn eigen vader, die veel te vroeg is gestorven. Beide mannen barsten in tranen uit en zo geeft Achilles het levenloze lichaam van Hector terug aan Priamos.
Kijkend naar onze wereld, waarin religie is gekaapt, waarin terroristische site’s hun daden verantwoorden met Koran teksten. Waarin de teksten van Jezus, heb de vijand lief en veroordeel ze niet, christenen continue bezig zijn om juist wel andere mensen te veroordelen en Bijbelse teksten gebruiken om andere mensen te veroordelen. Door de eeuwen heen hebben mensen heilige teksten gebruikt om andere mensen te onderdrukken. Dit is niks meer dan ego en hebzucht. We hebben een talent voor het verknallen van mooie dingen.
Er gaapt een kloof tussen mensen die de waardering voor andere religies inspirerend vinden en mensen die die bedreigend vinden en zich willen terugtrekken in een streng dogmatisme waarin alleen zij het bij het rechte eind hebben. Dit is wat mensen vanuit angst eenmaal doen. De voornaamste taak van onze generatie is, of we nu religieus of seculier zijn, is het vormen van één wereld waarin mensen kunnen samenleven met respect voor elkaar en in harmonie met elkaar. Als we daar niet in slagen, zijn we niet tegen de eisen van deze tijd opgewassen. Elke ideologie, religieus of seculier, die minachting koestert voor of een afkeer heeft van de heilige waarden van andersdenkenden of daar denigrerend of geringschattend over doet, met het doel de eigen traditie, religieus of seculier, in de hoogte te steken, is niet opgewassen tegen deze tijd. Als we daar niets tegen doen, wordt onze wereld onleefbaar.
Er is een honger naar verandering.
Het is tijd dat we het tijdperk van tolerantie achter ons laten, en dat we gaan voor waardering van de ander.